Ga naar de inhoud

Chielie's gedichten Berichten

Hm.

In plaats van iets te denken
zou je kunnen denken

zou misschien het beeld doen zwenken
of misschien wel niet

zou in elk geval meer kansen bieden
dat het onverwerkt verdriet
meer door groei dan door het wieden
boeiend perspectieven biedt.

Pleistervilt.

Maak eens vaker ruimte
zoals deze, en ook meer
dan pennen wij, als dichters
daar uw hartzeer voor u neer

(Ik mooi niet het mijne
ik heb niet langer hart –
dat komt, het kan verdwijnen
in de diepe put van smart)

Beschrijven hoe het vroeger was
dat doen wij dichters graag
of het achteraf genas
blijft beslist de vraag.

Café de Roemer, Botermarkt, Haarlem.

Schrijven, kreng.

Je moet gedichtjes stelen
Soms
Ontrukken aan de tijd
Dat is het met verrukking
Verdraagt heel slecht vergetelheid

En net zoals de eenden zelden
in hun eentje zijn
is het met agendapunten
Kunst verdient het grootst te zijn.

Café de Roemer, Botermarkt, Haarlem.

En de spin zingt zachtjes.

Licht dat, goud op goud
vervalt
en van strakblauw uit
op oud knalt
richt zich jong vooruit

zal zo lang geen leven hebben
maar laat wel genieten
door het volk dat, vol te gieten
zit te wachten op de webben.

Bij de overdracht, door Peter Kooij, van Café De Flapcan, aan nieuwe eigenaar Jurian Rozestraten.

Navigare necesse est

Het leven is geen lolletje
schreef ooit een grapjas al
En ik maak ook geen dolletje:
die zijn voor riemen, roeien zal

een mens ermee, wat moet-ie anders
In geklaag ligt niet veel schranders
anders dan het legen van de lever
die wel vaart bij flink gezever

Maar de boel is goed op orde
de tuigage onder duim
en in een ruim, onledig ruim
Krioelt een blije kinderhorde

’t Schip rust stevig op zijn spant
Daarom dus geen misbaar, maar
Verheug u zeer, op meer gevaar, want
dit is uw kroonjaar!

Bij de viering van de verjaardagen van mijn ome Willem (75) en tante Corrie (79), voor de scheurkalender die hun familiecadeau is. Mijn ome Willem is voormalig matroos, alsook gepensioneerd leraar Nederlands.

Mazzelvreugd

Wij, de koning
altijd te rijk
op ons eiland
in zee van ellende

(zelfs in tijden van onttroning
noodruft en gezeik)
zijn de eigen heiland
op het weiland van de wende;

(kracht, en rust en vrede
beginnen diep van binnen)
brachten, suf, het wrede
konden dan vandaag verzinnen.

Deden we niet, verzetten die zinnen
vanuit ons steeds halflege land
dat wij intussen verzakkend ontginnen
blind voor zelf ontstoken brand.

Het lijkt nooit meer beter nu
maar het valt wel mee
luister naar de vogels, cru
of het ruisen van de zee

Zie, het goede ligt, voorwaar
in kleinkinders’ tekeningen:
tel, en zie met vreugd uit naar
meer van uw soort zegeningen.

Bij de viering van de verjaardagen van mijn ome Willem (75) en tante Corrie (79), voor de scheurkalender die hun familiecadeau is.

Drie

Er moeten klootzakken
klootzakken dood
Maar ik zou niet weten welke
want, zoals rozen verwelken
zo vergaat het heiligheid

Alles zakt altijd vanzelf weg
in, te kakken, geiligheid
Bloot

brengt dat de burger niets
blijft te Berlijn zijn fiets
rijden we rondjes waanzee

kan ik er niets mee
raak ik, blaf zelf zeg
uiteindelijk traanwee

Feesten doe je met z’n twee.

Na lange dubbeldag en het zien van The End of Fear.

Rondje om de zon.

Er is van alles aan de hand
in de ruimte om je heen
die is niet van jou alleen
hij vliegt heel snel, in brand

We doen er een muziekje bij
bij dat ellendeleven
dan merk je het niet, even
blijven we een misbiet blij

Het is je vergeven.

Omdat liedje.