Ga naar de inhoud

Categorie: Uncategorized

Winkelwentel

Alle tassen open
En eruit met al
Op tafel, in cadeaupapier
Eén groot glinsterbal

Pinksterpasen uitgesteld
Uitgestald, vergal
Kalverpet niet met gebral
Want dan telt geweld

Een tent vol leuke toestand
Lente in een winterkamer
Zenders in een weiland

Dwars door alles wild gehamer
Van een kinderhand
Adel, maar voornamer.

Café De Roemer, Haarlem.

Drinkblik

Tegen dwaalgedachten in
Komt er hier geen een
Niet, onverwacht, een grachtenvin
Pleinslurf of een straatdraaf

Geen gedreven jubelzin
Gadeslaan alleen
Biedt, zonder klacht, gewin
Breinturf met gelaaf

Café De Roemer, Haarlem.

Hekwerk

Zonder hek geen goed geleiden
Met, geen samengaan
Heras komt weer, tussen beiden
Groeien bramen tegenaan

Komen rare toetjes van
Te zuur, te zoet, te zonder
En zo is, zelfs afgezet
Deze plek een wonder

Elke hekplek is dat, want
Anders rasterde men niet
Maar deze is het net iets meer
Omdat u deze ziet

U ziet, dat gaat vanzelf.

Café De Roemer, Haarlem.

Prentbriefkaart

Bon beloond, wordt snel
Eenieder
Die te leven durft

Hoge bomen vangen niet
Veel wind
Ze worden omgezaagd

Wie de strop krijgt
Heeft daar zelf
En luidkeels om gevraagd:

Allemaal gelul.

Café De Souteneur, Haarlem.

Keelkrop

Ik? Een knappe jongeman?
Ja, maar niet vandaag
Alles is zo waterig
Zo loden, en zo traag

Alles is zo herfstziek
Zo onder wol gestopt
Moest kennelijk naar buiten
Was vast opgekropt

Och, zal vast verkeren
Kwestie van goed smeren.

Café De Souteneur, Haarlem.

Snifbacterie

Waar mijn zwaar getergde neus
De winterwende ruikt
Weet ik dat, in poolwind
Schuilt wat altijd fnuikt

Microscopisch kleine reus
Goliath die David sloopt
Altijd vroeg en onbemind
En, doorgaans, onverhoopt:

Moet maar overhoop
Want gooit het
Alles, dat het doet

Heel het leven op de loop
Want prooit het
Omdat het wel moet

Café De Roemer, Haarlem.

Alcomantra

Waar je nooit een viltje vindt
En geen tap het doet
Daar moet ik snel heen
Anders gaat het vast niet goed.

Café De Souteneur, Haarlem.

Springvloed

Pomp meer vertrouwen in
Stellers, van norm
Bellers, van Storms
Es er de zekerheid in

Ergens, in die kille toekomst
Zit er dan alsnog
Erger dan riviervisch log
Plots en toch muziek in

Leven, in de duistertrog
Wentelzwemmen, naar omhoog
Mijn land houdt het niet droog
Dat is haar grootste zelfbedrog

Dat lijkt een Zeeuws dilemma.

Café De Souteneur, Haarlem.

Aslach

Je zou dat kunnen doen, maar
Er zit echt niets achter hier
Het is een loze deur naar nergens
Altijd op een kier

Je kunt er altijd binnen
Scheelt alleen geen zier
Alles wat je kunt verzinnen
Brandt er als een lier

En as is al wat rest.

Café De Roemer, Haarlem.

Bakblik

Het is een roosterherfst
Bak uit de wind
Wondergezonder
Dan deel van
Het zomerlint
Het is een roosterherfst
Hoop hete lucht.

Terras van Café De Roemer, Haarlem.