Bazige buurkinders bossen elkander
wat rond en het klinkt wel stoer
maar is niet schrander
ze spelen ontslagje, en celstraf, ook
en, zwaardvechtend, echtpaartje, flink van de kook
(niet het minste, want beul en prinses
maar wel machteloos, tegen elkander)
dan blijkt de buurvrouw de tovenares
zet ze aan anders, heel slim
nu werken ze samen, toch vaak hersenschim
bij bevechten van zeepbellen, vol in de zon
waarna beste vriendjes – je wou dat dat vaker kon.