Ga naar de inhoud

Doodshooft  

Ik knal mijn kop vol koffie
Als ik, rookloos, ter kantine zit
Ik kraak een harde, bruine toffie
Slurp mijn prutje zonder pit

Ik droom van cocaïne
(maar gebruik het goedje niet)
En vaten wasbenzine
Waar ik flink de fik in schiet

Maar hoezeer ik ook probeer
Om wat paal en perk te stellen
Aan mijn vroeghumeurig wanbeheer

De keren zijn niet meer te tellen
Dat, helaas, het warme weer
Daarbinnen mij door slaap doet vellen

Bus 71 van station naar MLK.

Gepubliceerd inUncategorized