Ik pleurde een steen in je vijver
jij maakte je druk om de plons
maar ik werd niet lauw van je ijver
ik werd niet mies van de bons
Ik ging vooruit met wat overbleef
vrijgelaten wild op dreef
nu spring ik door de duinen
ik kakel, naar de kruinen
en hef het glas alsnog op ons.