Ik verloor, hier aan het water
alles, maar ik heb voor later
toch nog veel van wat ik ben bewaard
dat valt niet iedereen op
ze denken vaak, dat ik ze fop
maar zo de gasten zijn vertrouwt de waard
en aan mijn lieve draairivier
doe ik niet mee aan dom vertier
nee zeg, ik val nog liever in mijn zwaard
ik glimlach, maar ik neem het mee
ik adem hier, dichtbij de zee
de lucht van weinig, dat me wordt bespaard
zo is mijn stad, ze neemt en geeft
ze kijkt naar dat wat jij beleeft
en is geamuseerd, maar nooit bezwaard
mijn stad, onder de wolken
die steeds wilder willen kolken
veegt je zonder gêne, van de kaart.
Mijn stad is hard, en harteloos
maar heel erg mooi en nimmer boos
je woede neem je zelf maar lekker mee
En niets van mijn stad klopt ooit helemaal
maar ze is wel een prachtig verhaal:
mijn kleine stad, waarvan ik zo houd, bij de zee.
Waarin ik het woord ‘nonstrop’ uiteindelijk niet gebruikte.