Ga naar de inhoud

Maand: september 2008

Komkommerweekend

Komkommerweekend is het nu
er is geen nieuws van mij
dat komt doordat ik heel hard werk
dat moet, want maakt mij blij

en nu zijn aan het winterzwerk
van mijn lange nachten
dingen waarop ik moet wachten
zichtbaar, helder, cru

want nieuwe ziekte in mijn leven:
wachten tot ik door kan geven

wachten
wachten
wachten

Het kwak daalt

Het kwak daalt
de molen maalt
maar malen is steeds minder

leuk, want als
het mals alsmaar
mallotigt, geeft dat hinder

Het kwak daalt
de molen maalt
ik heb nog altijd jeuk

ik denk daar
het mijne van
het fijne van
het reine van

Het kwak daalt
de molen maalt

kwek mij minder, kwik.

Nachtraas

Ik maak geluiden die jij niet kunt duiden
(vrrooaapp, vrrooaarr, vavoeemmmm)
kogel onder sluikse regen
door een stad met lege wegen
(wereld op weg naar een donkerder doem)

Jij slaapt, ik gaap
grijns, zet ‘m in z’n vijf
raas drie meren langs en blijf
rijden naar de dageraad

Straks, als jij opstaat
kijkt, verbijsterd, ik
jouw ochtend, mijn avond
na, vanachter bierblik

Op naar huis, om uit te luiden
weer een dag geschraagd:
opdat u kunnen zult en blij blijft
gaan wij waar het u behaagt

Het is een heel vreemd vak
Dronken prima, snuifstrak niet
oud of oerstom mij een biet
maar met stip op stukst verdriet:
betweter, kouwe kak

Rotrijk volk, rot op.

Schilderbrood

Kijk, het is de Wintermelle
Laat mij als altijd
zomaar in de regen staan
Niet eens uit nijd
maar om het rellen

Ik vind het vandaag niet erg
Hier, in deze regen
Als-ie valt, vandaag, voor Aart
Staat die regen mij niet tegen

Levend met de dood.

Café De Roemer, Haarlem.

Bij de crematie van Aart de Ruig op Driehuis-Westerveld.