De regen vergemakkelijkt
In ieder silhouet
Jouw lieve vorm en kleur te zien
En, zelfs vooropgezet,
Is neerslag, die mijn droefenis
Zo vaak heeft opgewekt
Het opgewekte einde van
Neerslachtigheid, verrekt
Betrekt het zwerk en plenst het
Dan verbergt het water zacht
Mijn tranen van geluk
Je hoopt erop, je wenst het
Het valt toch nog onverwacht:
Mijn dag kan niet meer stuk.
Qua zoete Suus, dank Nanno.