En dus ben ik al dromend thuis
Waar ik nooit heb gewoond
Waar ik alleen verguisd ben,
Geslagen en onttroond
Maar ook in diep gesprek
Gevierd ben, mooi dat het bestond
Toch blijft het ook voorgoed mijn droom
Niet die van jou, en spoedig ont.
Over het naderende verdwijnen van mijn geliefde stamkroeg.