weg met ons, wij deugen niet
samen zijn wij stuk verdriet
kijken wij niet verder dan
de kortheid van de neus
lever dit land dan maar uit
aan de zwarten, geef ze de buit
van hun brallende hart, kan
louter falen, heus
de grote lijn is traag en dom
alles komt vanzelf weerom
en niemand die het ziet
ons denken is te log
komen doen ze toch
je bedaart ze niet
de baren, van de kolk
ga toch stemmen, volk!