Honend kakelend, schaterend, Homerisch grijnzend
Breken de grijze barstende luchtbellen
Traag qua sequentie, maar onafwendbaar
het zilvergroen vloeiende onbewogen water
Schuddend van morbide schik springen ze
Joepie! omhoog uit de longen die
Scheurend
Zich eindelijk vullen met wissend water
Genadevol al wat is, goed of kwaad
Weggummend, vlakstrijkend
– staand op de brug huil ik mijn ziel naar buiten.