Koud, oud en verzopen
Kil, stil en verlopen
Het niet langer kloppende hart
Door de scalpel van soppende smart
In de spierwitte borstkas gevonden
In het lijk dat, met grof geld omwonden
Op de mid-Europese schouwtafel ligt
De morsdode blik omhoog gericht
Naar vanwaar de redding moet komen
De verlossing van donkere dromen door
Een nieuwe watersnood –
Dit vlakke land is dood.