Kom, ik neem je mee
Naar een stad van licht en vrede
Ik draag je steunend naar een zee
Van wijn en honingmede
Ik zal je stil doen fluisteren
Naar flarden van muziek
En ademloos doen luisteren
Naar felle retoriek
Ik zal je strelen en ontkleden
Neuken in het gras
Dat eens de bode van een nieuw
En bloeiend leven was, ach
Kom, dan laat ik je misschien
Bij leven en bij zijn
Bij rust en domweg diep geluk
Mijn stad, mijn Haarlem zien.