Eén Sjaak is geen Sjaak
maar twee zijn dat beslist
en onze dubbel zien is wat ik
te lang heb gemist.
Dus hup, weest ook de sjaak
en spoedt u naar het Bad
Want het is mis, maar dit is raak:
u hebt nog nooit zoiets gehad.
Eén Sjaak is geen Sjaak
maar twee zijn dat beslist
en onze dubbel zien is wat ik
te lang heb gemist.
Dus hup, weest ook de sjaak
en spoedt u naar het Bad
Want het is mis, maar dit is raak:
u hebt nog nooit zoiets gehad.
ik schrijf maar nu
voordat je niet meer leest
je bent voor mij, soms hard en cru
altijd een gids geweest.
(Wat niet wil zeggen dat
ik je gelijk ga geven
Nee God verhoede dat
(die bestaat trouwens niet,
en ’t boeit haar geen biet,
maar hee – dat is de leven).)
Ik vind het fijn
om je te kennen, Eer ook bovendien
Ik wens gebrek aan pijn
voor jou en zeer tevreden terugzien
Ik dank je heel volhartelijk
Je bent een dikke tien.
De betertijd is nu
Je moet je heruitvinden
Want als je dat niet doet
Gaat tijd je fijn verslinden
Er is geen tijd voor dubben
voor twijfel of verwachting
Het is tijd voor clubben
en voor durf en doodsverachting
Kom op, je moet wat doen nu
je bent verdorie tachtig
NIEMAND is een u
en alleen jij bent krachtig.
Het loopt zo’n vaart, het wordt gegaard
en heel erg heet gegeten
We merken hier als kikkers niks
maar lopen al te zweten
Geld vergeldt geen eigen schade
Kapitaal maakt geen kabaal
maar wel kapot, er is geen kliek
zo ziek als wij hier, allemaal.
En er is geen dokter, in de snelkookpan
dus het wordt steeds opgefokter
want omdat het kan
vindt men overal iets van
zonder veel te weten
Zo kookt wat loeiend spookt
ons lekker langzaam verder
in ons gasloos beefmoeras
wij schapen zonder herder.
Het regent, mot met petrichor
maar zonder mot ermee
want zo wordt alles ook niet dor
en er waait een briesje mee
dus van mij geen gemor:
ik juich.