Er zit een heel klein Miesje
Met haar blauw oog kijkt ze naar het menu
Vlak voor haar staat een parapluie
Voorzien van paarsgroen biesje
Parmantig in een ijsje
Op een laken van papier
‘Mijn God, wat moet ze hier?’
– En ze fluit een lullig wijsje
In het midden van de vloer
Staat de ober, niet zo sober
In de plaat van Ronnie Tober zit een tik,
Want hij slaat over
Met een huilstem fluistert Miesje:
‘Zet dat af’ en ‘Ik zit klem’.