Ga naar de inhoud

Auteur: Michiel van Reenen

Schraagdagen

Zal ik jou eens redden
van het spoken in jezelf?

Van de ketenrammel in je kelderlijk gewelf?
Waar ik stumpers zuchten hoor
op uitzichtloze dagen

en ik weet dat alles zich alleen maar kan vertragen?

Ik zal niet versagen
waar jij faalt, maar wel daardoor
brozen verder schragen, dus

waar jij uitsluit geef ik kus
en durf ik best te wedden.

Koningsspel.

Bazige buurkinders bossen elkander
wat rond en het klinkt wel stoer
maar is niet schrander
ze spelen ontslagje, en celstraf, ook

en, zwaardvechtend, echtpaartje, flink van de kook
(niet het minste, want beul en prinses
maar wel machteloos, tegen elkander)
dan blijkt de buurvrouw de tovenares

zet ze aan anders, heel slim
nu werken ze samen, toch vaak hersenschim

bij bevechten van zeepbellen, vol in de zon
waarna beste vriendjes – je wou dat dat vaker kon.

Poëtica

Een sonnet, dat past nog net
maar meer moet je niet vragen
Gaat er ook vanzelf niet op
maar mij hoor jij niet klagen.

Op de viltjes in mijn leven
schrijf ik liefst, erover
in de stilte, fijn verweven
van mijn eigen tover.

Voor Hubersyl.

Zee, weg

Ik zie narcissen dapper dansen
door de fijnstofwolk
Lente biedt de mensen kansen
tot meer strandgericht gekolk

Strijklicht valt warmgoudelijk
op een lange file
Ik vind ons, inhoudelijk
maar een stel debielen.

Onderricht

Ik had die grijze muren lief
zoals mijn populieren
die bij het huis, met hun geruis
nog steeds mijn dromen sieren

Dat deed dat grijs niet vaak
maar het was thuis, ervoor
waar ik in beeld- en samenspraak
heel veel won, maar ook verloor

Daarom zal ik het missen
of ik moet, mij, vergissen.

Luchtigs

Inhoud maak je niet, die is
net zoals dichten geen werk is
vloeien doet, uit zichzelf,
dat wat sterk is

En wie denkt dat wie met taal speelt
inhoudsmaak zou vrezen
moet die inhoud nog gaan zien
en eens leren lezen.

Wegpesterij

Niet zelden is in misgesis
teveel te snel gesmoord

en

minne mannetjes, mal van verlangen
ooit gewaardeerd aan muren te hangen

hebben teveel voor kiem al vermoord.

Dat is uw land en u woont er zelf
dus u hebt het ook zelf zo gemaakt.

Wie wegtrok heeft, veel slechter
daarnaast ook verzaakt.

Ik geloof niet dat ik slis
wel dat ik terecht wat trechter.

IJsfietserij

Waaiert een ping weg
op mijn rivier
van mijn bel, want ik fiets
op glad ijs
van hier, de waagschaal
naar het gemaal
kaatst-ie ronduit
op mijn rijs
tot het kraakt
(voorbij de haven)
snel eraf, naar huis,
mij laven
aan de warmte
pluis

Over ooit echt, toen het Spaarne dichtlag. 1992, meen ik.

Sneeuwklokstrop

De wind heeft mijn tuinstoel
verplaatst, voor het raam
de vogels verfluiten zichzelf
naar voornaam

en nergens zie ik pegels
(wel hippende eksters, rondzoekend op
pastelgroene stoeptegels)

nergens, ook
rook op het grijze gewelf
fluitketels wel, maar dan van kook
als u begrijpt, wat ik bedoel.

De katten van Kemer

De katten van Kemer leven ervan
maar niet altijd goed, dus met honger en dorst
altijd op zoek naar de vis of de worst
en dikgechloreerd, daar komt narigheid van

De katten van Kemer zijn als overal
elke avond op zoek naar het bal
verkopen hun vrouwen en vechten erom
Boerenslim maar gevaarlijk want

verre, van dom.

Biertuin, Amara Wing Resort Comfort Hotel, Kemer, Turkije.