Ga naar de inhoud

Auteur: Michiel van Reenen

Schuldig.

De armen zullen kastelen bouwen
je kunt ze best lang tergen
maar ergens wordt het echt teveel
en stopt het stil verbergen

Vluchten in repressie
leidt tot evendeel
geen vooruitgang, maar regressie
hang je bloedend in de touwen

zoekend naar je fouten
recht is traag maar stopt nooit echt
weten zelfs de wouten
het is al zo vaak gezegd

eens word je ingehaald
door alles wat je deed
of, vrij vertaald:
je bent je eigen leed.

Bij het nieuws dat in Parijs demonstranten een chateau bouwen.

Lentewens

Wensen is niet altijd
“wij hunnie dood”, of andersom
Wensen is soms ook
het allerbeste, maar toch krom

Wensen is het mooiste
en het naarste dat een mens kan doen
omdat van wensen mensen vaak
weer nare dingen doen gaan, dom

De wereld, vaak helaas maar stom
kan beter, minder mis dan raak
Ik had niet veel meer wens, ook toen
dan de allerrooiste:

geen gezeik, iedereen rijk.
En laten leven als ondooiste:

weg, met de vorst, in het hart.

Van Abraham, en Isaac.

Ze zeggen dat je na moet denken
maar dat gaat vanzelf
(als je denken kunt en wilt)
moeten moet je zelden zelf

Wie niet denken kan of wil
staat vrij dat niet te doen
maar er is wel zoeter pil
dan, verguisd, de negerzoen

Springt je flipperkast op tilt
van wat je niet begrijpt
dan is iemand iets te schenken
doorgaans ook nog niet gerijpt

als gedachte, als gedachten
overlijden wordt het zeefs
maar tegen domheid strijden
zelfs de goden tevergeefs.

Bij mijn vijftigste verjaardag. Met dank, want schatplichtig, aan Isaac Asimov en, dus, Friedrich Schiller.

Namiddagsval

Ik loop post en naast mij ploft
niet stuk, croissanthomp
op de bodem.

Vogel zal toch pikken moeten
het is echt geen schildpad
werk valt soms niet te verzoeten

Als je alles hebt gehad
komt de stik in stoeten
trekt het circus door de stad

raast de raarheid door je modem
klopt het lot, en dat dan lomp
avontuur, je boft.

In het wilde weg

De hoop en dromen van anderen
die ik altijd zo graag, toch, mag zien
verpesten geregeld de mijne
en kansen, heel veel, bovendien

En als dat nou niet zo onzinnig leek
dan viel het nog mee, misschien
maar er waait soms zo’n wind over eilanden
en dan ben je op voorhand gezien.

Doe maar niet.

Als je mij nou vraagt
wat het is dat mij beweegt
dan is het dat wat jij
onnadenkend leegt
het glas waarin ik was
wat ik never nooit zal zijn
terug bij jou, altijd bij jou
eindeloos refrein.

Lugosi’s

Raamprostitutie

Zwaai, ik zie je
door de ramen
Altijd apart
nimmer samen
minder hard dan dat
wordt het niet,
buiten Arabië.

Terras van Café de Roemer, Botermarkt, Haarlem.

Dessert

Tussen vruchten, in
een bakje
springt, naast blauwe bol,
een vlakje
dat half wit, half bruin
en rood
toen wij niet keken
de oplossing bood.

Terras van Café de Roemer, Botermarkt, Haarlem.

Angst haarzelve.

Schiet, op mij
je doel voorbij
en dan een stukje verder
Wie een wapen draagt is,
altijd, sloper –
nooit de herder.

Terras van Café de Roemer, Botermarkt, Haarlem.

Sjouw

Stop, laat het een bond zijn
van gehaktbal, parachuteval
onzin of onzinnigs.
Nooit meer, ooit, moet dit gebeuren
wij gaan niet meer langs
de deuren, van de wijkbalkons –
wij dragen, liever, ons.

Terras van Café de Roemer, Botermarkt, Haarlem.